Karel Appel retrospectief te zien in het Gemeentemuseum
Christiaan Karel Appel (1921 – 2006) leest voor sommige lezers bekend. Bekend onder de naam Karel Appel, is deze bovenal als een beoefenaar van beeldende kunst. Sommigen zijn bekend met Appels' beelden werken. Bepaalden waren spectators door het zien van Karel Appels' beeldende werk.
Tijdelijk kijken
Appels’ beeldende werken en werkwijze werden gaande tijd door spectators bekeken, beschouwd en gekenmerkt. Bepaalden kenmerkten diens beeldende werken als 'ontbrekend aan voorafgaande bepalingen en ordeningen'. Appels’ werkwijze werd beschouwd als 'aanrommelen’. Sommigen beschouwden diens beeldende werken als rommel. Ook werden Karel Appels’ beeldende werken gekenmerkt als 'inherent verbonden met een kunstbeweging, genaamd CoBrA'. Appels' werken werden gezien als onderdeel van deze kunstbeweging.
Karel Appels’ werken en werkwijze “werden beschouwd”, omdat Karel Appels’ werken en uitingen vanuit een ander perspectief kunnen worden beschouwd. Bekeken in een andere tijd, deze presente tijd, worden werken van Karel Appel gepresenteerd in Gemeentemuseum Den Haag. Deze worden gepresenteerd in een expositie genaamd “Karel Appel: retrospectief”, die present is van 16 januari tot en met 16 mei 2016. In deze tijd kunnen spectators Karel Appels’ werk aanschouwen. Door te zien wordt mogelijk van kenmerkende beschouwingen afgezien.
“Ik rommel maar wat aan”
“Oude clichés komen in een ander daglicht te staan,” staat in een tekst op een muur in Gemeentemuseum Den Haag. Deze tekst betreft beschouwingen over Karel Appel. Zodoende belicht de expositie kenmerkende beschouwingen betreft Appels' werkwijze. “Ik rommel maar wat aan,”, zei Karel Appel over diens werkwijze. “Ik leg het er tegenwoordig flink dik op, ik smijt de verf er met kwasten en plamuurmessen en blote handen tegenaan, ik gooi d’r soms hele potten tegelijk op”. Appels' wijze van werken is te aanschouwen in een documentaire, genaamd ‘De werkelijkheid van Karel Appel’ (1961). Hierin schildert Appel als “een barbaar van deze barbaarse tijd”, aldus Appel. “Schilderen is een tastbaar zinnelijk bewegen, een intens bewogen zijn door de vreugde en tragedie van de mens”. Al is het “niet schilderen, maar slaan,”, stelt deze.
Appels' werkwijze werd door sommige schouwers beschouwd als ‘primitief, impulsief en technisch zwak’. Echter is door de expositie te zien dat Karel Appel voorstudies deed. Appels’ werkwijze bestond wellicht uit smijtende, opleggende en gooiende uitingen of ‘aanrommelen’, maar ook uit gestructureerde studies die deze uitingen op een bepaalde wijze bepaalden. Zo is in deze tijd te aanschouwen dat Karel Appels’ geuite werken voorafgaand bepaald en geordend werden.
Deel van geheel
Een andere beschouwing die door de expositie anders wordt belicht is ‘Karel Appels’ verbinding met CoBrA’. CoBrA was een kunstbeweging die bewoog door een gezelschap van leden. Hun nationaliteiten schepten de naam: Deense nationaliteit (‘Co’ voor Deense hoofdstuk Kopenhagen), Belgische nationaliteit (‘Br’ voor Belgische hoofdstad Brussel) en Nederlandse nationaliteit (‘A’ voor Nederlandse hoofdstad Amsterdam). Ook Karel Appel was lid van CoBrA. CoBrA bewoog drie jaar, van 1948 tot 1951. Karel Appel langer. In de expositie van Gemeentemuseum Den Haag zijn een aantal werken belicht uit Karel Appels’ oeuvre. Diens oeuvre bestaat uit ongeveer zestig jaar. Daar is op een muur beschreven dat “Karel Appels’ internationale doorbraak niet als CoBrA- kunstenaar, maar als kring rondom kunstcriticus Michel Tapié (1909 – 1987) was”. Er is te aanschouwen dat Karel Appels' beeldende werken een tijd verbonden waren aan CoBrA, en, dat deze verbinding veranderde door tijd. In tijden na CoBrA werden Karel Appels’ werken internationaal bekend. Bekend werden Appels' beeldende werken tijdens Appels' verbinding met Michel Tapié. Appel is zo verbonden met CoBrA, maar niet onderdeel van CoBrA.
Wie beschouwt bepaalt
Beeldende kunst wordt wellicht bepaald door een creatieve daad, een uiting, ‘the creative act’, en, een spectator. Het beschouwen van een creatieve daad als ‘kunst’, en waardeoordelen als ‘goede kunst’ of ‘slechte kunst’ wordt bepaald door een beschouwende spectator. Iedere spectator beschouwt een beeld anders, en tijd doet beschouwingen veranderen. Tijdens de expositie in Gemeentemuseum Den Haag aanschouw ik Karel Appels’ kunstwerken waar, voor mij, bepaalde werken zijn. Het spreekt
“het onuitsprekelijke. Als je naar een goed doek kijkt, dan houd je je bek. Elke theorie, elk verhaal, elke intellectuele benadering is overbodig”.
Ik zie stilstaande bewegingen door gevormde verf op doeken.
“Ik begin vanuit mijn materie, dat is verf,”,
herinner ik mij een uitspraak van Appel. Ik vraag me af hoe het verder ging, en ik hoef het niet te weten, omdat het beeld genoeg is.
Behalve beeldende kunst van Karel Appel, zijn er ook twee boeken over Karel Appel bij de expositie. Een genaamd "Karel Appel, retrospectief", en een genaamd "Karel Appel, uit de kapperszaak in de Dapperstraat". Deze boeken zijn te koop op loopafstand van de expositie "Karel Appel: retrospectief", in Gemeentemuseum Den Haag. De expositie is door spectators momenteel tot 16 mei 2016 te zien