Twee tentoonstellingen over de Haagse School: Holland op z'n mooist

Zowel het Dordrechts Museum als het Gemeentemuseum Den Haag presenteren vanaf 4 april een grote tentoonstelling over de Haagse School met als overkoepelende titel 'Holland op z’n mooist'. Samen vertellen de musea het complete verhaal en zullen bezoekers ontdekken hoe schilders hebben bijgedragen aan het stereotype beeld van Holland. Het voorjaar van de Haagse School In Dordrecht luidt de ondertitel 'Het voorjaar van de Haagse School'. De nadruk ligt hier op de vroege Haagse School en de dubbele worteling in de Romantiek en de School van Barbizon. Romantische onderwerpen en sentimenten spelen een grote rol in het werk van Jozef Israëls en Willem Roelofs. Israëls, dan de leidende figuur, schilderde het zware bestaan van vissers en boeren, Roelofs de overweldigende natuur.

J. Israëls, Mijmering, 1850

P.J.C. Gabriël, Het Drielse veer

De tweede periode van de Haagse School wordt onder de noemer 'Landschap en natuurbeleving' getoond in Den Haag. Hier zien bezoekers het beeld waar ons land internationaal bekend mee is geworden; molens, grazende koeien in de wei, ongerepte natuur, een lage horizon en frisse wolkenpartijen. Dit beeld werd aan het eind van de negentiende eeuw grotendeels weggevaagd, omdat de wilde natuur plaats moest maken voor nuttige landbouwgrond en industrie. Toch bepalen werken van onder anderen Roelofs, Gabriël, Mauve en Weissenbruch nog steeds het huidige beeld van ons land.

Jan Hendrik Weissenbruch, De Trekvliet, 1870, olieverf op doek, 94,9 x 128,7 cm, Gemeentemuseum Den Haag

Paul Gabriël, Il vient de loin. Trein in landschap, ca. 1887, olieverf op doek, 67 x 100 cm, Kröller Müller Museum

Beide tentoonstelling zijn te bezoeken vanaf 4 april. Ga voor meer informatie naar de website van het Gemeentemuseum Den Haag of naar de website van het Dordrechts Museum.