Cookievoorkeuren
InstellingenIk ga akkoord
Helpcenter

Rumoer in de Stad in het Gemeentemuseum Den Haag

22 april - 2017
door Vincent Moleveld
54

Delen

Winkelende vrouwen, modeshows en cafés: hoe zagen die eruit in de 19de eeuw? De tentoonstelling, Rumoer in de stad, de schilders van Tachtig, in het gemeentemuseum Den Haag toont het straatleven uit die tijd, vooral van Den Haag, Amsterdam en Rotterdam. Vanaf 1870 groeide de bevolking enorm in de steden Rotterdam, Amsterdam en Den Haag, zelfs tot een verdubbeling in de omvang. Als gevolg ontstonden er nieuwe wijken rondom de stad. In deze tijd werden luxe en vermaak voor het eerst bereikbaar voor de massa. Deze grote verandering in de samenleving veroorzaakte de verschuiving in de kunstwereld; de focus van de schilderkunst is niet langer Den Haag, maar Amsterdam. Eveneens ontdekte de kunstenaars het straatleven, waarbij onder andere het uitgaansleven wordt uitgebeeld. Echter, het straatleven was niet altijd rozengeur en maneschijn. Er was veel luxe en vermaak maar er leefde ook veel mensen in armoede. De verschillende kunstenaars, Breitner, van Looy en Israëls hadden hun eigen kijk op dit leven. Alle kunstwerken in de tentoonstelling brengen het 19de-eeuwse Amsterdam, Den Haag en Rotterdam tot leven, al hun schoonheid en lelijkheid!

De schilders van Tachtig

De Haagse school werkten graag in de natuur en schilderden Hollandse landschappen. Ze gebruikten voornamelijk groene, grijze en bruine tinten. De volgende generatie kunstenaars waren de schilders van Tachtig. Dit was een stroming die bestond tussen ongeveer 1880 en 1894. Ze verheerlijkten de schoonheid en maakten kunst voor kunst, l’art pour l’art. Dit betekent dat het geen andere functie moet hebben dan kunst zijn. Willem Kloos, een Tachtiger, zei dat kunst de “allerindividueelste expressie is van de allerindividueelste emotie".

Fotografie

In de 18de eeuw is de fotografie uitgevonden en dit heeft de schilders erg beïnvloed. Doordat de schilderkunst niet specifiek meer nodig was om portretten te maken, zochten de kunstenaars naar andere manieren om zich te uiten. De uitvinding van de fotografie zorgde voor een nieuwe kijk. Schilderijen werden net als foto's meer een momentopname, waardoor ook de penseelstreken fors werden en er snel werd geschilderd. Zo ook de kadering, mensen werden bijvoorbeeld maar voor de helft afgebeeld, omdat ze 'langs' de schilder liepen. Camera's uit die tijd hadden een lange sluitertijd, waardoor de mensen op foto's vaak vaag zijn. Ook dit is terug te zien in de schilderijen. Een voorbeeld van de invloed van fotografie op de schilderkunst is het schilderij Sneeuwballen gooien op het Paleisstraatbrug van Breitner. In de tentoonstelling zijn dan ook vaak foto's of ansichtkaarten opgehangen naast de schilderijen ter vergelijking.

Breitner winter in amsterdam sneeuwballen gooien

George Hendrik Breitner, 1898, Sneeuwballen gooien op het Paleisstraatbrug.

Twee uitgelichte schilderijen

Het schilderij, Oranjefeest, is geschilderd door Jacobus van Looy rond 1890. Het behoort tot het impressionisme, vanwege de losse penseelvoering en weergeeft een persoonlijke impressie van het Hollands volksfestijn. Tijdens het feest dwaalde van Looy door de hoofdstad en kreeg daardoor inspiratie. Hij zag hoe de armen het feest vierde, mensen waren aan het dansen en springen met broeken en onderbroeken aan die oranje waren geverfd. Later zei van Looy:

“Ja alle kelen zongen, alles joelde er om het laatste en hoogste lied. De ochtendlijk wordende hemel schreeuwde het oranje, wild lachte het rood, piepte en gilde het wit en bombe het donkerblauw samen met het duistere van het dennengroen”.

Jacobus van Looy (1855-1930) Oranjefeest, ca. 1890-1892. Olieverf op doek, 112 x 160cm. Rijksmuseum Amsterdam

Jacobus van Looy (1855-1930) Oranjefeest, ca. 1890-1892. Olieverf op doek, 112 x 160cm. Rijksmuseum Amsterdam. 

George Hendrik Breitner heeft vele varianten gemaakt van dit schilderij, meisje in kimono. Het schilderij hoort bij de stroming van het Japonisme, een stroming die ontstond in de jaren 1893-96. Het meisje dat poseerde voor Breitner heette Geesje Kwak, zij werd afgebeeld in zijn serie van (tot nu toe bekend) 14 schilderijen. Breitner bezocht Parijs in 1884 waar het Japonisme al in volle gang was, en hij raakte gefascineerd door de Japanse cultuur. Breitner maakte deze schilderijen door middel van voorstudies in de vorm van tekeningen, schetsen en vaak ook foto’s. De invloed van fotografie is erg terug te zien in dit schilderij, bijvoorbeeld de afsnijding, het meisje in kimono is niet volledig afgebeeld, maar een deel van de kimono is afgesneden. Op deze manier oogt het een foto in plaats van een portret.

George Hendrik Breitner, Meisje in rode kimono (Geesje Kwak), 1895−1896. Olieverf op doek, 82 x 52,5 cm. Gemeentemuseum, Den Haag

George Hendrik Breitner, Meisje in rode kimono (Geesje Kwak), 1895−1896. Olieverf op doek, 82 x 52,5 cm. Gemeentemuseum, Den Haag
Tijdens het bezoek aan de tentoonstelling krijg je een goede impressie van de 19de eeuw in Amsterdam, Den Haag en Rotterdam. Het lijkt net alsof je zelf in die tijd leeft. Zeker door de grote werken van Breitner zoals De Singelbrug bij de Paleisstraat in Amsterdam en Dienstmeisjes op de Leidsegracht van Isaac Israëls. Mischa Andriessen, ‘schrijver-in-de-residentie’ van het museum, heeft zich laten inspireren door de tentoonstelling en heeft hierbij meerdere gedichten gemaakt, deze zijn gepresenteerd bij de kunstwerken. Dit geeft een extra dimensie aan de ervaring. Het is zeker een bezoek waard!Het Gemeentemuseum Den Haag heeft op het moment niet alleen de tentoonstelling Rumoer in de Stad, de schilders van Tachtig, maar ook 100 jaar Mondriaan en de Stijl. De tentoonstelling Rumoer in de Stad is te zien van 14 april tot 5 november 2017. Voor meer informatie kijk op www.gemeentemuseum.nlAfbeelding heading: De Zandhoek, 1903 Olieverf op doek, 85,5 x 161,5 cm. Gemeentemuseum Den Haag.